Column Karel N.L. Grazell

Terug naar de vorige pagina <<
 

index columns

Zomaar wat diversen over verzen en ander stads(deel)nieuws

Merwedeplein – Al een paar jaar omstreeks eind september feest het mooie plein vanwege het stadsdeeldichterschap voor ZuiderAmstel. Dit jaar gebeurde er niets. Was er sprake van ziekte van een van de organisatoren? Of waren de inzendingen te slecht? Of… of… in ieder geval: ik ga door als stadsdeeldichter.

Gedichten voor Amsterdam – Ik heb, zoals men op m’n weblog kan zien, heel wat gedichten over het stadsdeel geschreven, nu heb ik ook tientallen gedaan over Amsterdam in z’n geheel: ik noem mezelf ook Amsterdams stadsdichter uit ZuiderAmstel. Er is een speciale site met Gedichten over Amsterdam, en ik kan die ieder aanbevelen. Alleen, als u zelf wat wilt plaatsen, de redactie is soms wat laks. Nou ja, ’t komt wel, moeten u en ik dan maar denken: poëzie heeft eeuwigheidswaarde.

Andrieskruisjes – Ik noemde m’n serie gedichten over Amsterdam: Andrieskruisjes. En kijk, ik zag dat men de oudste afbeelding van het stadswapen van Amsterdam had gevonden, tot nu toe dan, uit omstreeks 1350. Drie kruisjes, wellicht van een meneer Persijn overgenomen, men zegt: een afbakening van een rechtsgebied. ’n Kruisje staat ook voor wie z’n naam niet kan schrijven, maar ik mag aannemen dat we daar niet over hoeven te denken. Overigens, ergens las ik ooit dat zo’n Andreaskruis ook zou staan voor een man en een vrouw, de een boven op de ander. Klinkt actief en vruchtbaar, nietwaar?

Simon Vinkenoog – Een stukje geschiedenis van de stad vindt men in een onlangs uitgegeven boek van Simon. Daarvoor kreeg hij het Ereteken van Verdienste van de stad.
Gefeliciteerd, Simon: we kennen elkaar als twee van de – zoals je ons ooit noemde – Drie Musketiers, al in 1947. Je hebt je in de loop der jaren prachtig opgewerkt tot een vooraanstaand man in Amsterdam (e.o.): dat heeft de stad (en mij) goed gedaan, daar kun je veilig van op aan.

Veiligheidsbeleving – Er is op dit gebied een onderzoek op til of al bezig. Ooit had ik voor advies iemand op bezoek, verantwoordelijk voor de veiligheid van senioren. Hij scheerde allemaal over één kam. Ik zei: je moet hen splitsen in verschillende generaties – de mijne, zo’n beetje de oudste, gaat ’s avonds niet graag de straat op, dat heeft nog met de oorlog van ’39-’45 te maken. Nu is die toengenoemde generatie bijna over en blijft het veiligheidstrauma uit die oorlog alleen nog een beetje sudderen bij de opvolgers. die het in hun opvoeding wat onbewust hebben meegekregen.

Krakers, daklozen, verslaafden – Altijd weer zijn er acties tegen hen. Maar soms doet het me een beetje denken aan m’n eerdere column over het Gaks: hebben de vogels gelijk of de mensen? Weet u waarom ik uit de Rivieren naar het Buitenveld ben verhuisd? Om de rücksichtlose overlast van een aantal jonge bewoners. Begin met drummen om nul uur. Met de versterkte gitaar twee nachturen later. Ik ben er ook bedreigd: men trachtte ’s nachts m’n deur in te schoppen, toen ik er vriendelijk iets over zei. En dat waren geen daklozen of zo.

Muziekruimtes – Leuk idee: onder de Utrechtsebrug. Ik schreef voor weblog Mirandabuurt vorig jaar (met referte aan het verhaal, dat heel, heel lang geleden de Amstel misschien de andere kant op stroomde):

Utrechtse brug

Een lange tong die likt aan de verte.
Maar heb je wel ‘ns eronder gezeten?
Op het water van de Amstel drijft de
schaduw van de brug als een mantel.
Schepen tragen door de trage stroom.
En boven je hoofd gaat een eindeloze
vlucht van auto’s en ritmet op de keep
tussen weg en brugdek. Soms zit er
een saxofoon in de grote elleboog met
de dijk en speelt een eenzame blues
tegen alle ritmiserende auto’s in. Een
Amstel van blues, die vol weemoed
zich laat stromen naar de andere kant.

PS. Collega Harro van Zijl, die stopt met z’n columns: dank je, Harro, je hebt het allemaal mooi ‘uitgeschreven’.

Karel N.L. Grazell - oktober 2008
eerste stadsdeeldichter van ZuiderAmstel
en de 3e van Amsterdam

 

Terug naar de vorige pagina <<