OASE VAN 1952 TOT 1978
|
Ik was brood- en banketbakker en
had een zaak in de Hugo de Grootstraat in Amsterdam vanaf 1947. Maar onze woning was te
klein geworden. We waren al 5 jaar getrouwd toen mijn oom bij me kwam. Hij had een
broodbakkerij in de Maasstraat, van de Berg. Hij was bevriend met de heer *M. Gallasch,
eigenaar van Oase, die gestorven was, en zijn weduwe wilde naar Israël.
De **Oase in de Geleenstraat 1 was te koop. |
Het bedrijf bestond uit een Duitse konditorij en een
ijsbuffet met lunchroom. Tachtig procent van de klanten waren van Joodse afkomst. Er was
ook een woning bij, die was om de hoek in de Maasstraat.
Oase in de Geleenstraat
foto: Harry Ruhe
Mijn vrouw vond de woning groot genoeg, dus na veel moeite en
problemen met de woning, die geen bedrijfswoning, was kochten wij de zaak. Na een half
jaar bleek dat veel van mijn klanten gingen emigreren naar Amerika en Israël. Wij zagen
de omzet dalen en vatten het plan op om de konditorij te sluiten en patat te gaan
verkopen. Dat was in die tijd erg moeilijk, want in het deftige zuid kreeg ik van de
burgemeester geen toestemming.
Maar ik ging door met verbouwen en liet de keuringsdienst en de brandweer komen om
alles te controleren en ik kreeg toestemming via de Hoge Raad.
Interieur restaurant Oase
foto: Harry Ruhe
We gingen starten. Naar de boeren in de Haarlemmermeerpolder
om de grote aardappelen te kopen. In die tijd was dat varkensvoer. De tonnen aardappelen
sloeg ik op achter de zaak en we kochten een aardappelkrabmachine, een fritesnijder en
elektrische frituurovens. En zo begonnen we ook met kroketten, nierbroodjes, kip- en
kaaskroketten, alle soorten slaatjes en kippen van het spit. Het ijs was al bekend door
heel Amsterdam. Mijn voorganger had een goed recept voor alle soorten ijs.
Ik maakte in het achterste deel van de zaak een restaurant met open keuken. Het werd een
drukke bedoening maar we werkten met plezier en alles maakten we zelf ! !
In 1978 moest ik stoppen in verband met versleten knieën.
5 december 2007
Harry Ruhe
Harry is heel benieuwd hoe jullie
zijn kroketjes, nierbroodjes en frietjes vonden.
Dus mail hem via: h.ruhe@kpnplanet.nl
reacties mogen ook in
het gastenboek worden geplaatst
foto: Dick
Nooy
* De familie Gallasch
Adres van de familie Gallasch in oorlogstijd: Roerstraat 99 (tot 1939) toen Maasstraat
100/1. (tot deportatie) De familie Gallasch had een vrienschapsband met de familie Frank.
Dochter Ursul was bevriend met de zuster van Anne, Margot. Hun zoon, Hans, was twee jaar
jonger dan Anne. Net zoals de familie Frank, waren zij Joodse vluchtelingen uit Duitsland
(zij emigreerden in 1935). In 1936 richtte het hoofd van de familie, Maximum, de ijssalon
Oase op. In 1943, werd de familie Gallasch weggehaald en naar Westerbork gedeporteerd. In
de tweede helft van 1944, ontsnapten vier familieleden uit Westerbork en overleefden de
oorlog door onder te duiken in de huizen van vier christelijke families. Maximum Paul
Josef Gallasch (geboren 1 maart 1900) stierf aan een hartaanval in 1948.
* Oase
Een Joodse ijssalon en tearoom die favoriet onder de buurtbewoners was.
Anne maakt tenminste drie keer melding van een bezoek aan de ijssalon voorafgaand aan de
onderduikperiode. Samen met de ijssalons Delphi en Koco werden er in Oase slechts Joden
toegelaten. Hanneli Goslar schreef in haar boek dat in 1942 een roomijsje twaalf centen
kostte.
Anne Frank
Oase was één van Anne Franks favoriete ijssalons.
Anne Frank schrijft op 20 juni 1942 dat zij graag met haar vriendinnen, na het
pingpongen bij Ilse Wagner thuis, een ijsje gaat eten bij de Oase. Daar mochten Joden nog
komen. Meestal was er een aanbidder die hun het ijsje aanbood.
(red.)
REACTIES:
Wim Venema
Ik herinner mij U nog erg goed van toen ik in de
Scheldebuurt woonde. in de jaren 1954/1956 was ik tot aan
mijn trouwen in 1956 (31 juli) in de kost bij de familie
Hulskamp/Boerma in de Molenbeekstraat 29. In 1960 kregen
mijn vrouw en ik een eigen woning in de Roompotstraat (nr.
14). Wij waren voor en na ons trouwen regelmatige bezoekers
van Oase en vooral gek op Uw overheerlijke kroketten. Als ik
daaraan denk loopt het water mij nog steeds in de mond. Mijn
lieve vrouw is helaas begin dit jaar overleden, maar wij
hadden het nog vaak over Oase. Ook de gebakken aardappeltjes
(letterlijk sloeg de vlam in de pan) en de heerlijke
slaatjes bezorgen mij nog steeds een gevoel van heimwee.
Gerard Hekkelman
Ik viel vandaag
toevallig over deze site op zoek naar fotos van mijn oude
buurt. (geboren 1954 op de Rivierenlaan / Kennedylaan en
ging op de Anne Frankschool) en las wat verschillende
verhalen. Ik woon al sinds 1977 in Denemarken en kwam niet
meer in deze buurt sinds mijn ouders verhuisden in 1983.
Uw verhaal en de naam Oase brachten meteen herinneringen bij
mij terug. Ik herinner mij de patat en de vleeskroketten -
en die smaakten prima. "Even patat halen bij Oase" hoorde er
wel bij in de Rivierenbuurt. Mijn vader trakteerde wel eens
zaterdag avond op ijs van Oase, zo'n beker van en ½ of hele
liter.
Maar ik meen mij ook te herinneren dat mijn ouders wel eens
avondeten bij U bestelden (rond 1960) dat werd dan geleverd
in kleine echte pannetjes. Ik herinner mij groene erwtjes en
de gebakken aardapppeltjes. Dat was dan echt feest.
U was dus een deel van mijn jeugd, daarvoor op deze wijze
dank.
Paul Gellings
In 1953 werd ik geboren in de Stichtstraat achter de toenmalige Rivierenlaan. Van 1957 tot
1959 bezocht ik de kleuterschool in de Uiterwaardenstraat, net als een van uw zoons die,
zo meen ik mij te herinneren, een Franse voornaam had. In die periode noemde ik patat 'de
gebakken peentjes van Oase'. Want vanwege de goudbruine, bijna oranje kleur dacht ik
werkelijk dat het peentjes waren. Er ging een wereld voor mij open toen ik er achter kwam
dat de aardappel de basis was!
Van 1959 tot 1964 zat ik op de Theodorusschool in de Roerstraat, waar ik uw andere zoon
Paul leerde kennen. Hij kwam wel bij ons over de vloer. Ik bewaar een plezierige
herinnering aan onze vriendschap. Ook heb ik geweldige herinneringen aan uw altijd verse
en knapperige friet (begin jaren zestig een kwartje voor een zakje + een dubbeltje voor de
mayonaise; ik geloof dat je voor een paar cent meer ook een 'portie' kon krijgen) en uw
niet te evenaren kaaskroketten. Ja, u maakte alles zelf, en het was een feest om op
zondagavond met mijn ouders bij u achter in de zaak te komen eten. Dat verzoende me met
het vooruitzicht de volgende dag weer naar die sombere school om de hoek te moeten.
Na onze verhuizing naar Enschede in 1964 hebben patat en kroketten nooit meer zo lekker
gesmaakt als indertijd bij u in Amsterdam. (Tenzij ik alles zelf maak, wat ik een enkele
keer doe; dan benader ik het enigszins...). En de meeste patatbakkers van nu hebben ook
niet meer de beschaving en de rust die u toen uitstraalde. Mijn moeder noemde u een heer.
Over mijn Amsterdamse periode heb ik een boek geschreven onder de titel Zuidelijke
Wandelweg, waarnaar de site van Jos Wiersema is genoemd, en uiteraard wordt daarin naar uw
zaak verwezen (alleen onder een gefingeerde naam: Safari. Waarvoor excuus. Dat wordt in
een volgende druk gewoon Oase!).
Ik hoop dat het u en uw gezin goed gaat. Hartelijke groeten, ook aan uw echtgenote en aan
Paul.
Met mijn allerbeste en allersmakelijkste herinneringen
|