Ingezonden bijdrage van Emmy Vollebregt - van de Bongardt

Terug naar de vorige pagina <<

 

index ingezonden

Nederland

Pagina van Emmy Vollebregt - van de Bongardt

 

omhoog  Nooit meer weg uit de Waverstraat

Ik ben geboren op 31 augustus 1926. De Waverstraat en omgeving was toen nog nieuwbouw. Misschien heb ik ook eerst in de Vechtstraat gewoond, want daar woonden mijn ouders destijds. Ikzelf ben in het Wilhelmina Gasthuis geboren. In de Vechtstraat hadden mijn ouders een kapperzaak. Ze zijn in ieder geval met het gezin naar de Waverstraat verhuisd.


Samen met mijn broertje en moeder in de tuin van de Waverstraat

Ons gezin bestond uit vier broers, waarvan er een ouder is dan ik en de rest is jonger.
Mijn school was de van Lennepschool in de Reggestraat. Vroeger was dat een groot sportterrein, waar we met gym altijd gingen sporten. Eerst heb ik op de Meerhuizenschool gezeten, die was christelijk en ik moest daar op van mijn ouders. In de 3e klas ben ik in de Reggestraat gekomen.
Ik kan me de naam van Addie Lodder nog herinneren, die was nogal dovig en ze kreeg altijd straf en moest achter het orgel gaan staan. Later hadden ze een autorijschool in de Rijnstraat. Verder weet ik eigenlijk geen namen meer. Er zaten geen joodse kinderen daar op school
Ik had veel vriendjes en vriendinnetjes en we speelden vaak op straat. We deden spelletjes als hinkelen, touwtje springen, slagbal met rondjes, knikkeren, bussie trappen en heel veel verstoppertje.
 
Ik kan me ook nog enkele buurtwinkels herinneren, zoals kruidenier Hartkamp en slagerij La Viande. Daar zit nu een kinderdagverblijf. Een drogist en daarnaast een groenteman, een bakker, die is later naar de Amstellaan (Vrijheidslaan) gegaan en daarna weer een nieuwe bakker, die kwam uit Zandvoort. In de Lekstraat was ook nog een slager, drogist en melkboer. De anderen weet ik niet meer. Ze zijn een beetje verdwenen toen de supermarkten kwamen.

Ik kan me de dag dat de oorlog uitbrak nog herinneren. Het was voor kinderen een hele sensatie. Ik werd wakker, hoorde een heleboel gekakel in de tuinen. Vroeg mijn moeder of er ruzie was, want dat gebeurde wel vaker, maar toen hoorde ik dat de oorlog uitgebroken was. Ik ging gewoon naar school, maar we werden weer naar huis gestuurd. De Duitsers kwamen over de Berlagebrug de stad in, terwijl de Nederlandse soldaten over deze brug de stad verlieten. Ik heb in het 7e leerjaar wel Duitsers zien lopen en was op de fiets (die kreeg ik trouwens pas op de huishoudschool), ook wel alert op, ging dan ook gauw weg als ik de Duitsers zag aankomen, want voor je het wist was je je fiets kwijt.

Voor de oorlog woonden er veel joden in de straat. Zo ken ik de gezinnen Vrachtdoender en Wolhberg, die op een en twee hoog woonden, nog goed.
Met de zoon van Wolhberg ging ik wel om. Hij werd door zijn moeder Woebie of zoiets genoemd. Zijn moeder sprak geen Hollands, dus wij moesten maar raden hoe ze hem noemde. Het waren Hongaren. Wij noemden hem in ieder geval Woebie.
Die van 2 hoog waren ouder dan wij. Een broer en een zus. Die mensen zijn toen weggehaald. Ze hadden thuis iets met bont. Zij werkte op een atelier. Aan de andere kant van de straat woonde een gezin en die hebben de zus gewaarschuwd dat haar vader en moeder weggehaald waren. Zij is hierna ondergedoken en heeft de oorlog overleefd.
Ook kan ik me de jodenmarkt op de speeltuin van de Gaaspstraat nog wel herinneren. Wij mochten er niet op en hebben wel bij het hek staan kijken.
Tegen het einde van de oorlog viel er een bom op de huizen van de lekstraat. Het hele pand was zwaar beschadigd en in mijn herinnering zag ik een bed over de rand hangen.


8 oktober 1944 - Beschadigde huizen na bominslag Lekstraat 56
Bron: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam geplaatst met toestemming van
Clémentine van Stiphout

Ik heb op een zondag gezien dat de joodse mensen weggevoerd werden. De datum weet ik niet. De "Ariërs" mochten niet op straat die dag. Ik weet niet meer of het Nederlandse of Duitse politieagenten waren die de mensen uit hun huizen haalden. Wij gingen natuurlijk toch op straat spelen. Er was ook een mevrouw die had een gemengd huwelijk. Zij werd ook meegenomen. De soldaten belden aan en de meesten gingen heel gewillig mee. Ze werden verzameld op het Daniel Willinkplein.


De luchtbeschermingsdienst van de Rivierenbuurt
foto van
Emmy Vollebregt - van de Bongardt

De mensen hadden warme (ski)kleren gekocht omdat ze dachten dat ze het misschien wel koud zouden krijgen als ze moesten gaan werken. Wij konden ze niet helpen door ze te laten onderduiken, omdat we geen ruimte hadden. En wij wisten op dat moment ook niet beter dan dat ze moesten gaan werken.

Later kwamen er vrachtauto’s van de firma van Puls om alle overgebleven spullen uit de huizen op te halen. Er werd gezegd dat deze spullen naar Duitsland gebracht zouden worden voor het gebombardeerde deel.

Verhuiswagen van de firma Abraham Puls
Verhuiswagen van de Fa. A. Puls
Foto: onbekend

In de Hongerwinter werd alles natuurlijk steeds minder. Heb er ook een opstel over geschreven toen ik op de Moedermavo zat. Dat was omstreeks 1972.
Als ik pannenkoeken eet lust ik er nog steeds geen stroop op. Voor mij smaakt het naar suikerbieten. We moesten dat natuurlijk eten, want je moest wat in je maag hebben. Nu word ik misselijk als ik er aan denk stroop te moeten eten. Ik ging in de Hongerwinter ook op mijn fiets de boer op. Een vriendinnetje woonde op een boerderij aan de Sloterweg, daar mocht ik dan naar toe. Daar kreeg ik groente van een boer. Op de Aalsmeerweg stond de politie dan om alles weer af te pakken. Mij is het nooit gebeurd gelukkig. Je kreeg niet veel, maar alles wat je kreeg was meegenomen.

Het was op 5 mei 1945 dat om een uur of 4-5 het bericht kwam dat de Duitsers gecapituleerd hadden. Iedereen ging de straat op en in de Lekstraat kwam er een vrachtauto met Duitsers erin, toen zijn we toch als een gek naar huis gerend, want we vertrouwden het niet. Verder was het wel een dolle boel. We gingen ook vaak richting de Berlagebrug om te kijken of ze binnenkwamen. Wij gingen op de Amstellaan staan om te kijken of ze binnenkwamen. Na een paar dagen kwamen de tanks en jeeps binnen via de Berlagebrug de stad binnen.
Later zijn er in buurt filmopnames gevonden bij de vuilnis. Deze werden ook vertoond bij de speeltuin in de Gaaspstraat. Ik ging er vaak naartoe. Je mocht zo naar binnen lopen.

Ik woon hier nog steeds heel prettig, heb niets te klagen, leuke buren, maar ik sta zelf ook erg voor open. Ze lieten in noodgevallen ook mijn hond voor mij uit, iedereen zegt gedag en ik kan altijd aankloppen als er iets is. Woon hier ook nog redelijk goedkoop, maar de renovatie is niet helemaal netjes gedaan.

Ik wil hier absoluut niet weg.

Ter nagedachtenis aan de gezinnen de Leeuw, Vrachtdoender en Wohlberg
gewoond hebbende Waverstraat 77 1, 2 en 3 hoog

bron: www.joodsmonument.nl

Frederika Helena de Leeuw »
Leiden, 27 juni 1866
Auschwitz, 27 augustus 1943
Abraham Vrachtdoender »
Amsterdam, 21 juli 1902
Auschwitz, 30 april 1943
Gezinshoofd
Rachel Vrachtdoender-Korper »
Amsterdam, 25 april 1902
Auschwitz, 14 januari 1943
Echtgenote
David Vrachtdoender »
Amsterdam, 7 mei 1926
Auschwitz, 30 april 1943
Zoon
Abraham Wohlberg »
Földes, 20 november 1884
Auschwitz, 21 september 1942
Gezinshoofd
Amalia Wohlberg-Markovits »
Nagybanya, 15 december 1886
Auschwitz, 21 september 1942
Echtgenote
Endre Wohlberg »
Boedapest, 23 november 1924
Auschwitz, 31 december 1942
Zoon
 

omhoog  De Hongerwinter 1944-1945

Hieronder het werkstuk over mijn belevenissen tijdens de hongerwinter dat ik op de Moedermavo in 1972 heb gemaakt.

De Hongerwinter 1944-1945
De Hongerwinter 1944-1945
De Hongerwinter 1944-1945

 

Emmy Vollebregt - van de Bongardt - 1 november 2009
emmyvandebongardt (AD) hetnet.nl

omhoog

Terug naar de vorige pagina <<